vrijdag 11 mei 2018

Een verwend Meiske


Mij viel de eer te beurt om afgelopen zaterdag op de verjaardag van musicalster Simone Kleinsma te mogen spelen. Ik had eerlijk gezegd geen flauw idee waarom de keuze op mij was gevallen, maar misschien wist ze ook wel helemaal niet wie ik was en moest het op een verrassing uitdraaien. Voor mij was het in ieder geval een verrassing: Ik wist helemaal niet voor wie ik moest spelen totdat ik oog in oog stond met mijn jarige leeftijdgenote. Ja, we hebben elkaar ooit ontmoet toen we voor Kika in Carré moesten optreden, maar van herkenning van haar kant was natuurlijk geen sprake. Van de bekende Nederlanders is Simone waarschijnlijk de minst erge want even later passeerden iedereen waar ik zenuwtrekjes van krijg de revue : Paul de Leeuw, Marc Marie Huybrechts, André van Duin ( daar kan ik wel echt om lachen) en verder een peloton nichten, die ik vaag ken en die zich tegenwoordig alleen nog maar manifesteren via praatzieke babbelshows. En last but not least..het immer sympathieke echtpaar Joop en Janine van den Ende. Het moest allemaal op een elektrische rondvaartboot gebeuren van rederij Smidje. Gezellig, intiem met 25 personen op een kleine schuit. Even later schallen mijn waanzinnige teksten door de rondvaartboot. Ik trek gelijk de aandacht van André van Duin. In tegenstelling tot Paul de Leeuw en consorten, is hij eigenlijk de enige die wel kan zingen. Het lot besloot echter dat de mensen om hem moesten lachen waardoor zijn serieuze zang carriere nooit echt van de grond is gekomen. “Waarom zijn dit geen hits geworden?’ vraagt hij mij meerdere malen. ‘Ik weet het niet André, ik weet het echt niet.’ antwoord ik terwijl ik onverschrokken door ga. Even later stapt collega muzikant Rodolfo Ravissant op de boot. Dat is dan wat je noemt afgesproken werk. Hij rammelt er gelijk met zijn Accordeon een paar Amsterdamse klassiekers uit en test de muzikale paraatheid van die genen die denken dat ze kunnen zingen. Dat doet hij door onverwachts te moduleren in de bekende refreinen zoals ‘Aan de Amsterdamse Grachten’ . Alle non-zangers en kleinkunst artiesten vallen massaal door de mand en kraaien valse noten.Wat heb je nou aan zo’n opleiding als je niet kunt improviseren? Even later gooi ik heel mijn ziel er uit met een nieuw lied wat gaat over het trouw blijven aan een vrouw die altijd dronken is. Ik heb gelijk de hele nichten scene achter mij staan en menig traantje vloeit. Opeens zie ik uit mijn linker ooghoek dat Janine van den Ende op de accordeonist afstapt en als een slang in zijn oor sist. Resoluut schudt Rodolfo zijn hoofd. ‘ Of we iets van André Hazes kunnen spelen.’ Nee dus. Omdat zij haar zin niet krijgt loopt zij vervolgens naar de ceremoniemeester en fluistert nu wat in zijn oor. “o Jee.’ denk ik ‘Nu gaan we het krijgen.’ ‘Of we ook iets vrolijks kunnen spelen.’ ‘Natuurlijk’ zeg ik terwijl ik het applaus incasseer van het zojuist gespeelde nummer. ‘Jezus, wat zijn die twee goed zeg.’ roept er iemand. Ik zet het uptempo liedje ‘Haaien’ in. ‘Zo zo blij, samen in de averij, wachten op de reddingsploeg of op de haaien voor de boeg.’ Een dramatische tekst, maar Janine van den Ende staat weer te huppelen alsof het haar feestje is. Ze luistert dus niet eens. Wat een verwend en naar meiske is dat eigenlijk.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten