donderdag 18 juli 2019

Marokkaans Autisme in de Volendamse Viswinkel.


Lekker kibbeling happen doe ik vaak bij de Volendamse visboeren Tol & de Geus aan de Middenweg 52 in de Watergraafsmeer. Het heeft even geduurd voordat ik mijn politiek principiële bezwaren heb   verdrongen om gewetenloos,  dit voormalige PVV-bolwerk te kunnen betreden. Ik zeg voormalig omdat de grootste partij tegenwoordig het FvD ( vis maar leeg die zee) is. Ik kwam ooit na een legendarisch optreden van ons in het Gat van Nederland ( Jongens en meisjes trokken massaal tijdens ‘Wordt er nog gezopen of hoe zit dat’ hun kleren uit waardoor hun, door de Volendamse brand, verminkte lichamen zichtbaar werden) een man tegen. Die was 1) De wethouder.                     2) Een hoge pief bij Volendam Music BV en 3) Stomdronken. ‘Jan Smit ? Jan Smit? Fuck Jan Smit! ‘ bleef hij als een haperende plaat herhalen. Om van onderwerp te switchen vroeg ik hem waarom er zo weinig Marokkanen en Surinamers in Volendam woonden. Iedere gemeente in Nederland was in die tijd namelijk verplicht een zeker percentage allochtonen op te nemen. Even zag ik zijn ogen schichtig door zijn kassen schieten. Toen wenkte hij me om dichter bij te komen. ‘Die gaan allemaal naar de fusiegemeente  Edam,’ fluisterde hij bijna als een duivel in mijn oor. ‘Volendam moet blank blijven…Nederlands cultureel erfgoed…snap je?’  ‘Hoe bedoel je ?’vroeg ik hem.  ‘Jan Smit ? Jan Smit? Fuck Jan Smit! ‘ was zijn antwoord.
Watertandend zette ik mijn tanden in een met ravigottesaus gedrenkt stuk kibbeling toen mijn aandacht werd getrokken door een luidsprekende autistische jongen van Marokkaanse afkomst.     Een beetje mollig postuur, afgezakte broek en een goeie Berberkop op zijn romp.                        
‘Waar wordt de vis gevangen? Hoe diep zwemt ‘ie? Is het duurzaam? Met wat voor een netten? In wat voor een olie bakt u ze?’  Het hoogblonde Volendamse meisje achter de toonbank wist zich geen raad met dit spervuur aan vragen. In een poging om in ieder geval iets te zeggen kwam er alleen nog maar speeksel uit haar mond. Het was Tol of Geus die zijn bediende en de Marokkaanse klant te hulp schoot. Rustig maar met passie gaf hij antwoord op de vele vragen. Even later liep de jongen met een enorme schaal vis langs mij en ging achter me op een kruk zitten. Opeens na vijf minuten liep hij op mij af en ging pal voor me staan. ‘Broek omhoog…broek omhoog,’ zei hij. Ik keek naar zijn afgezakte broek, stapte van mijn kruk af en ging al met mijn handen richting zijn riem om hem te helpen.    ‘Nee, nee,’ schudde hij wild met zijn hoofd. ‘Jouw broek, jouw broek!’ Op dat moment besefte ik dat deze arme jongen, kauwend op een stuk kibbeling, vijf minuten lang naar mijn spierwitte bilspleet heeft moeten kijken.

vrijdag 17 mei 2019

Ranzige Act








Ik begeleidde mijn dochter ooit tijdens een optreden ergens in een strandpaviljoen te Zandvoort. Na afloop kwam er een man op mij af waarvan ik het vermoeden had, dat we van dezelfde leeftijd waren. Hij maakte een opmerking die mij zeer geraakt heeft.
“Als dat niet jouw dochter is, vind ik dit een hele ranzige act”. Ik had totaal geen weerwoord en zag opeens een schone, net ontluikende bloem, met daarachter een oude, kromgebogen stervende Peyote Cactus. Met grote moeite en na vele psychotherapeutische sessies heb ik dat beeld na jaren kunnen verdringen totdat ik vandaag opeens werd geconfronteerd met een nieuw lied van Marco Borsato, Armin van Buren en…Davina Michelle. De oude Marco, die wanhopige pogingen doet om zijn relatie met de 40 jaar jongere Davina, in stand te houden. Met dat beeld voor ogen is het makkelijk scoren wanneer we de tekst van het nummer gaan analyseren. Grammaticaal is de tekst van Marco een gruwel, waarbij het rijmwoordenboek vaak ter hand is genomen en daarom het niveau “Sinterklaas Gedicht’ nooit ontstijgt. Muzikaal lijkt het erop dat we met drie wethouders Hekking te maken hebben; Beiden proberen zichzelf met houten- en stoterige zang naar de voorgrond te duwen terwijl Armin iedere ruimte met zijn opdringerige beats invult. Er zit geen enkele vorm van emotie in het lied maar de comments op YouTube zijn veelal lovend ( Binnen een week anderhalf miljoen views)  Daar gaat ie dan…

Sleutels vast, de deurknop heb ik in mijn hand
( Dat klinkt behoorlijk agressief. Davina heeft kennelijk het slot veranderd waardoor de sleutel vastzit in het nieuwe slot. Marco probeert nu met geweld naar binnen te komen en heeft de deurknop er afgetrokken.)
Maar ik twijfel of ik nog wel echt naar binnen kan
( Dat gaat dus niet lukken met een ander slot en met een los gesjorde deurknop in je hand.of hij nog naar binnen mag is meer logisch )  
Jouw iedere beweging lijkt bij mij vandaan
( Een echte braincrasher...Onbegrijpelijke zin en grammaticaal een ramp)
Ik heb je hart zo lang niet open meer zien staan
( Hele lelijke zin en verkeerd werkwoord gebruikt. Je kunt een hart niet open zien staan. Je voelt dat een hart open staat of niet, maar dat rijmt dan weer niet op ‘vandaan’)  
Wil je weten hoe het danst zonder mij
( Alsof Davina nooit met iemand anders heeft gedanst. Het klinkt dreigend, bijna  passief agressief)
Misschien heb je meer balans zonder mij
( Aha. Marco suggereert hier eigenlijk dat, toen ze nog samen waren, zij minder in balans met haarzelf was)
Als het moet zet ik een stapje opzij
( Dus uit eigen initiatief zal hij dat nooit doen )
Als het beter, als dat beter is
( één keer is wel genoeg Marco)
Heeft het leven dan meer glans zonder mij
( Het moet haar leven zijn Marco. Niet het leven)
 Krijgt de liefde weer een kans zonder mij
( Haar liefde dus)
Als dat echt zo is dan laat ik je vrij
( Hoe beknellend is dit? Hij heeft haar opgesloten. De oude man die het jonge meisje heeft opgesloten…walgelijk!)

Als het beter, als dat beter is
( Dat weten we nu wel)  
Wil niet zeggen dat ik jou niet mis
( Twee keer het woordje niet in een korte zin...tenenkrommend. Lijkt een beetje op Afrikaans. Wil nie zegge nie dat ik jou nie mis nie )


Ah…nu mag Davina zingen...
De voordeur die gaat open en ik sla weer dicht
( Het woordje ‘Die’ is onnodig en lelijk. Marco is dus toch met geweld binnengekomen.  Davina geeft vervolgens aan dat ze labiel is.                                                                                                 Telkens als de deur opengaat sla ik dicht.)  
Al staat wat ik wil zeggen wel op mijn gezicht
( Woordje ‘Wel’ is overbodig en lelijk. Iets wat je wil zeggen kan niet op je gezicht staan. Het staat op je gezicht geschreven. Misschien staat Marco met zijn voet op haar gezicht?)
 Ik kan niet met je praten dus ik hou me stil
( Het bewijs...hij staat met zijn voet op haar gezicht, want ze kan niet praten. Anders had ze wel gezegd …Ík wil niet met je praten’.  
Maar het voelt of je voor mij niet vechten wil
( Hij wil wel vechten…hij is net met geweld binnen gedrongen en staat nu met zijn voet op je gezicht’.)  

Ga maar kijken hoe het danst
 Ga maar kijken hoe het danst
( Moet je dan voor de spiegel gaan staan en kijken hoe je danst? Nee. Het moet zijn ‘Voel hoe je danst’.’)
Het is niet dat ik niet wil
( Afrikaans: Het nie is nie dat ik nie wil nie)
 Maar heel de weg lijk ik vergeten
Zou niet weten welke richting
Welke weg nog leidt naar jou
( Davina is nu helemaal in de war...ze zegt in drie zinnen steeds hetzelfde) )
De rest van het lied is een herhaling van zetten…We krijgen niet te weten hoe het afloopt…misschien werd de oude Marco moe en had er geen zin meer in…